Vietnam deel 2
22 juni 2015 - Hoi An, Vietnam
Vietnam, Hoi An & Bai Huong
In elk hotel in Vietnam waar we geweest zijn, wil het personeel weten wat we gaan doen, waar we na deze bestemming naar toe gaan, of we honger hebben en of we iets willen kopen. En nee, dit vragen ze niet uit interesse. De drang om ons (veel te dure) extra service te verlenen is groot. Dat maakt het reizen in Vietnam wel eens wat minder leuk. Vanaf Hue nemen we de bus naar Hoi An. De toeristenbus, dat hebben we met de mensen van het hotel afgesproken althans, en die komt ons vanaf het hotel oppikken. Voor we er erg in hebben zitten we echter in een taxi en onderweg komen we er achter dat we naar het busstation gebracht worden. Onze bus blijkt er een met bedden te zijn. En dat terwijl we gewoon overdag rijden. Zigzaggend en toeterend vindt onze chauffeur zijn weg in het verkeer en misschien is het ook maar het beste dat hij nauwelijks harder dan veertig rijdt. Hij heeft eigenlijk ook geen tijd om te rijden, hij wordt doorlopend gebeld. We weten Hoi An toch veilig te bereiken, na een uur of 4 rijden. Hoi An is een mooi, gezellig stadje om te zien. Vooral het oude centrum rond de haven is de moeite waard. Verder staat Hoi An ook vooral bekend om de vele kleermakers. Je kan hier dus een maatpak laten maken, iets wat je thuis misschien niet zo gauw zou doen. Green Tea Homestay is de plek waar we moeten zijn en natuurlijk willen ze meteen weten of we interesse hebben in een tour, vervoer of een maatpak. Maar, met de twee royale slaapkamers met een tussendeur en gratis gebruik van de fietsen hebben we het hier goed getroffen. In Hoi An merken we weer dat de Vietnamese keuken toch echt smakelijk is. Heerlijke dumplings met garnalen (‘white rose), pannenkoekjes, loempia’s en ga zo maar door. Na wat ‘onderzoek’ te hebben gedaan besluiten we toch een pak voor Peter te laten maken. Er is een naaiatelier waar wij, na positieve verhalen en recensies, naar toe besluiten te gaan. Echter, het is net lunchtijd, dus we worden verzocht om over een uur terug te komen. We vinden het een wat rare gang van zaken, we kunnen namelijk makkelijk een van de andere tweehonderd kleermakers uitkiezen hier. We gaan zelf dan ook maar eten en wanneer we terugkomen zijn we wel welkom, of nou ja welkom, vriendelijkheid is ver te zoeken, eigenlijk zijn we gek dat we niet naar een ander zijn gegaan. Na wat meetwerk kan Peter zijn pak al de volgende dag komen passen. Het pak is in een keer goed, het zit als gegoten! Het gezegde is waar: kleren maken de man. Inmiddels heb ik mijn ontwerp voor het jurkje wat ik in gedachten had ook klaar en in nog geen kwartier tijd is de bestelling gedaan. Dezelfde avond kan ik komen om te passen. Peter heeft inmiddels zijn bestelling uitgebreid met nog een aantal overhemden ($25US per stuk) en afgesproken dat ze een broek voor niets repareren.
In de middag bezoeken we ook nog de “local” beach. Dit omdat de rest van het strand in Hoi An schijnbaar echt te toeristisch is. Wij zien op dit lokale strand echter geen locals. Ook moeten we hier al meteen onderhandelen over het bedrag wat we moeten betalen om onze fietsen te stallen. De zonnebedjes waar we naar toe worden gelokt zijn “gratis”. Inmiddels hebben we een soort zintuig ontwikkeld waardoor we continue wantrouwig zijn als het gaat om “gratis”, “heel goedkoop” of “ happy hour” en inderdaad de bedjes zijn gratis als je iets eet of drinkt bij het restaurant. Het fietstochtje in deze hitte heeft inmiddels het uiterste van ons en vooral van onze kinderen gevergd. We willen straks best eten, drinken, wat dan ook, maar eerst gaan we onszelf blussen!
Na ons strandbezoek gaan we eten in het oude centrum, aan het water genieten we van Vietnamees straatvoedsel. Daarna maken we een vaartochtje op het water waar bij je drijvende kaarsjes op het water kan zetten. Dit doen we omdat deze dag, 19 juni, een datum is waar we dit jaar voor het eerst bij stilstaan.
Na dit bijzondere vaartochtje keren we terug naar onze ‘vriendinnen’, de naaisters. Mijn jurkje is af en zit ook als gegoten, laat de feestjes maar komen hoor! We nemen de kleding nog niet mee, we gaan namelijk nog twee dagen naar een van de Cham Islands om te overnachten en komen daarna weer terug in Hoi An. In de Lonely Planet trok een klein stukje tekst mijn aandacht. Het ging over de mogelijkheid om te overnachten bij mensen thuis, op een plek waar het leven nog is zoals het overal in Vietnam was, maar dan misschien wel 50 jaar geleden. Er rijdt hier geen gemotoriseerd verkeer, er rijdt hier überhaupt geen verkeer. De bevolking gaat hier uit vissen met ronde, gevlochten boten, eerder een soort manden. De mannen staan in de manden en roeien met een stok. Achterin zit de vrouw met een rieten hoed, een schilderachtig tafereel. De naam van deze plek is Bai Huong en om er te komen neem je eerst de local ferry, en geloof me, dit is ook echt local. De vaartocht duurt ongeveer twee uur. Daarna stap je letterlijk over van de ene boot naar de andere en die brengt je naar je eindbestemming. Maar even eerst terug naar de local ferry. Alleen al het wachten totdat je vertrekt is geen straf, er is zoveel te zien. Behalve de ferry waar wij op gaan (tevens een half vrachtschip) zijn er ook nog ferry’s waar alle brommers en scooters op mogen. Ik geloof dat we het er al eens eerder over gehad, maar de scooters zijn hier HET transportmiddel. Met echter een beetje fantasie tover je je scooter om tot personen auto, vrachtauto of veetransport. Werkelijk ongelooflijk hoe ruim de Vietnamezen een scooter doen lijken, een gezin met twee kinderen lijkt makkelijk te passen. Ook hebben ze unieke manieren om unieke vracht te vervoeren. Echt ALLES gaat mee op de scooter- grote gasflessen, kippen, varkens, tafels,- en het ziet er ook nog simpel uit. Grote aanhangers maken ze met behulp van binnenbanden van fietsen, aan hun scooter vast.
De boot waar wij op mee gaan wordt he-le-maal volgepakt. Kasten, proviand voor een paar weken, eenden, varkens, kippen, kokosnoten…Ik heb wel zo mijn bedenkingen, maar gelukkig is het vandaag rustig vaar weer. Dus nemen we allemaal plaats op de rode plastic stoeltjes die zelf op het ‘bovendek’ mogen neerzetten. De boot waarop we over moeten stappen komt naast ons varen en onze gastheer helpt ons mee met de bagage. Hij stelt zich voor als Lo, waarop wij natuurlijk meteen onze Lo voorstellen. Dit schept meteen een band. Verder gaat er nog een Australisch stel mee, Keely en Aiden, we verblijven allemaal in huis bij Lo en Nhi. Het verblijf bij Lo en Nhi is hartverwarmend, we worden overstelpt met aandacht, eten en drinken, nog meer aandacht en nog meer eten en drinken. Op de eerste dag dat we er zijn neemt Lo ons mee snorkelen en op de tweede dag gaan we een stukje varen en dan midden op het water vissen. Echt een onvergetelijke ervaring. Met name de jongens vangen veruit de meeste vis en dat is hen natuurlijk van harte gegund. Wel twintig vissen rijker varen we terug. Ook Lo lijkt helemaal tevreden te zijn. Alles op Bai Huong lijkt wel een paar versnellingen langzamer te gaan. Oke, er is weinig luxe, het leven is hier sober, maar voor een paar dagen is het heerlijk om zo’n ontspanning leefomgeving te hebben. ’s Morgens zijn we al rond 5.30 wakker en ’s avonds ligt iedereen om uiterlijk 22.00 uur in bed, omdat er dan geen stroom meer is. De ochtenden op dit soort plekken hebben iets magisch: de kleuren, de geluiden, de dingen waar de mensen zo vroeg al mee bezig zijn. Ik ben er zeker van dat we hier, op dit eiland, een van de mooiste herinneringen van Vietnam, zo niet van heel de wereldreis verzameld hebben. Naarmate we langer weg zijn merken we dat we de ontmoetingen met bijzondere mensen op bijzondere plekken moeten koesteren. Dit zijn de dingen die je blijft onthouden, niet alle tempels die je bezocht hebt. Na twee nachten nemen we met pijn in het hart afscheid van Lo en Nhi, maar ook van Keely en Aiden. Ook zij hebben ons verblijf onvergetelijk gemaakt en ik hoop ze ooit nog eens te zien, waar dan ook ter wereld. De vaartocht terug naar Hoi An maken we deze keer niet met de ferry, maar met een razendsnelle speedboot. In nog geen half uur scheurt en stuitert de boot er naar toe. Vooral de kinderen vinden het geweldig, ze hebben het er uren naderhand nog over. Het is de grote finale, het slotstuk van een gedenkwaardig verblijf op een eilandje bij Vietnam, ver weg van het massa toerisme, een speciale plek.
De laatste dag in Hoi An vullen we met praktische, aardse zaken en hardlopen. Het is alsof we meteen weer in een andere wereld zijn. We halen onze kleding op, waar we, nu we inmiddels ons derde pakket naar huis gestuurd hebben weer ruimte voor hebben in onze koffers. De stroom is vandaag uitgevallen hier dus dat levert wat probleempjes op, die makkelijk opgelost kunnen worden. Verder regent het hier. Lekker belangrijk, zullen jullie denken, het regent in Nederland zo vaak, maar je hebt regen en je hebt REGEN. In Vietnam valt tijdens het regenseizoen die laatste variant. Veel en hard, in een hele korte tijd. Na het avondeten, (pizza, maar dan op z’n Vietnamees, schoenmaker blijf bij je leest..) moeten op de fiets terug, maar dat lijkt meer op waterfietsen. Na het uithangen van de natte was vieren we nog even Vaderdag, de knutselwerkjes liggen zorgvuldig opgeborgen in de koffer. ’s Avonds hebben we gelukkig weer stroom, dus kan alle apparatuur opgeladen worden. Moet ook wel, want we vertrekken de volgende dag naar Ho Chi Min (voorheen Saigon). Dit betekent 20 uur treinen! In de trein hangen we onze was weer uit, dit kan in onze slaapcoupe. Zagen we daar nou net iets zwarts, harigs voorbij rennen? We kijken onder onze bedden, achter alle bagage maar we zien niets. Ik besluit het te wissen uit mijn herinnering, je wil ook niet alles weten en zeker niet in dit soort landen. Terwijl ik dit schrijf is er al bijna 7 uur voorbij en tot nu toe gaat het voorspoedig. Nog 13 uur te gaan…
Groetjes,
Folkert
Liefs nicole
Wij hoeven zo'n reis niet meer te maken na dat we met jullie hebben mee genoten! Helemaal goed!!
Geniet nog
Xx Penny